Het gebruik van aangepaste en ergonomische software

Aangezien de verwachtingen van elke beeldschermwerker verschillend zijn, is het haast onmogelijk om software aan te kopen die enkel doet wat de gebruiker wil dat die doet. De standaardpakketten laten echter wel toe om bepaalde functies uit te schakelen.
Ergonomisch ontwikkelde software, of het nu om standaardpakketten gaat of op maat gemaakte programma’s moet aan enkele vereisten voldoen:

  • consequente opbouw in gebruik en functies. Bv. de toetscombinatie voor het herstellen van een fout mag niet afwijken van de deze van de standaardsoftware;
  • handelingen moeten in één of meerdere stappen ongedaan kunnen gemaakt worden;
  • belangrijke beslissingen (verwijderen van bestanden, definitieve veranderingen) worden vooraf gegaan door één of meerdere dialoogvensters;
  • de software onthoudt informatie en past zich aan de gewoontes van de gebruiker aan;
  • het scherm is logisch opgebouwd, goed leesbaar met een matig maar logisch kleurgebruik waarbij standaardkleuren zoals rood en groen hun betekenis behouden;
  • bij gebruik van documenten is er een sterke overeenkomst tussen de opbouw van het document en het scherm;
  • bij fouten wordt onmiddellijk een helpfunctie geactiveerd die naast herstel ook een leerfunctie moet inhouden.

De juiste opleiding en ondersteuning bij problemen

Een juiste opleiding en ondersteuning zijn erg belangrijk om de mentale belasting onder controle te houden. De spanning neemt immers toe naarmate we het gebruik niet kennen en de kleine problemen niet begrijpen en/of kunnen oplossen. Niet elke gebruiker moet een computerspecialist zijn. Maar elke gebruiker moet wel voldoende opgeleid zijn om het grootste deel van de computerwerktijd zelfstandig te kunnen functioneren. 
Daarnaast is een efficiënte helpdesk ontzettend belangrijk. Doorgaans wordt daar beroep op gedaan wanneer het niet meer anders kan, of anders gezegd, wanneer de gebruiker is vastgelopen en verder inspanningen als tijdsverlies ervaart.

Goede werktijden met behoud van pauzes

De concentratie bij beeldschermwerk kan zeer hoog liggen en omdat een computer geen pauzes kent, heeft men de neiging om voortdurend nog een onderdeel af te werken vooraleer men pauzeert. Op die manier kan men  urenlang na elkaar doorwerken. Korte pauzes zijn echter nuttig om de statische belasting te doorbreken. Tijdens langere pauzes is het raadzaam om te bewegen of taken te doen die geen beeldschermwerk inhouden.

Het feit dat beeldschermwerk zich uitstekend leent tot thuiswerk, is ook niet bevorderlijk voor de mentale belasting. De verleiding om thuis even verder te werken aan een project, maakt dat de normale werkuren in het gedrang komen. Op lange termijn kan dit leiden tot overbelasting, stress en burn-out.

Afwisseling in taken

Indien mogelijk wordt een takenpakket samengesteld waarbij beeldschermwerk wordt afgewisseld met taken waarvoor niet met de computer moet worden gewerkt. Tegenwoordig wordt echter zo veel werk met de computer uitgevoerd dat dit haast onmogelijk is. Net daarom is het heel belangrijk om voor een goede ergonomische werkomgeving te zorgen en de beeldschermwerkpost juist in te richten.

  • Ergonomie - Publicaties

    Déparis methode (FOD Werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg)

    De Deparis-gidsen (SOBANE) maken het mogelijk om het geheel van een arbeidssituatie op een participatieve manier te benaderen, op basis van de reële arbeidsactiviteit, teneinde acties te bepalen waardoor de arbeidsomstandigheden kunnen worden verbeterd. Het gaat om instrumenten die het mogelijk maken om een ergonomische aanpak in te voeren.

    Op de site Sobane.be: de Deparis-gidsen

  • Ergonomie - Regelgeving

    Welzijnswet

    In het kader van de Welzijnswet van 4 augustus 1996 moet een werkgever maatregelen nemen voor het bevorderen van het welzijn van de werknemers. Ergonomie heeft hierbij een belangrijke plaats gekregen aangezien het één van de domeinen is in de welzijnswet.

    De andere domeinen zijn: de arbeidsveiligheid, de bescherming van de gezondheid, de psychosociale aspecten veroorzaakt door het werk met aandacht voor geweld, pesten en ongewenst seksueel gedrag, de arbeidshygiëne, de verfraaiing van de arbeidsplaatsen en de maatregelen van de onderneming inzake leefmilieu wat betreft hun invloed op de andere domeinen.

    Ergonomische principes in de wetgeving

    De principes van de ergonomie vormen een rode draad doorheen de wetgeving.

    De werkgever moet het werk aanpassen aan de mens, met het oog op het concept van werkplekken, de keuze van de arbeidsmiddelen en de werkmethode.

    De werkgever is verplicht de risico’s op het werk te analyseren en de preventie te plannen gebaseerd op een systeembenadering waarin volgende elementen worden geïntegreerd: techniek, organisatie van het werk, arbeidsomstandigheden, sociale betrekkingen en omgevingsfactoren op het werk.

    Preventiemaatregelen

    De preventiemaatregelen moeten getroffen worden op verschillende gebieden waarbij er duidelijke raakvlakken zijn met de ergonomie:

    • organisatie van de onderneming;
    • inrichting van de arbeidsplaats;
    • conceptie en aanpassing van de werkpost;
    • keuze en gebruik van arbeidsmiddelen;
    • bescherming tegen fysische agentia;
    • keuze en gebruik van collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkledij;
    • veiligheids- en gezondheidssignalering;
    • gezondheidstoezicht;
    • psychosociale aspecten.

    Ook in de taakomschrijving van de interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk wordt verwezen naar aspecten die betrekking hebben op ergonomie (risicoanalyse, omgevingsfactoren, analyse van de arbeidsbelasting, technische en organisatorische maatregelen, fysieke en mentale vermoeidheid, werkgerelateerde oorzaken van ongevallen en beroepsziektes,…)

    Ook de preventieadviseur-arbeidsarts moet de interactie tussen de mens en zijn werk onderzoeken met het oog op het aanpassen van het werk aan de mens (aangepaste werkmethodes, aangepaste werkplekken,…).
    Van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk wordt verwacht dat het advies geeft over nieuwe arbeidsmiddelen, arbeidsomstandigheden, de impact van omgevingsfactoren, de maatregelen voor aanpassingen van de techniek ter voorkoming van vermoeidheid en specifieke maatregelen voor de aanpassing van werkposten aan mensen met een handicap.

    Meer informatie daarover en de reglementaire teksten vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk.

    Er bestaat ook specifieke reglementering voor de grootte en de kwaliteit van werkruimtes, voor de verlichting, voor het klimaat (temperatuur, vochtigheid en verluchting).

    Ook zijn er verwijzingen naar ergonomie in de wetgeving met betrekking tot: arbeidsmiddelen, werkkledij en persoonlijke beschermingmiddelen, moederschapsbescherming, tijdelijke of mobiele werkplaatsen, nachtwerk, werkzitplaatsen en rustzitplaatsen, signalisatie op het werk, jongeren op het werk, interims.

    Titel 3 betreffende het manueel hanteren van lasten van boek VIII van de codex over het welzijn op het werk

    Deze regelgeving legt een hele reeks van preventieve maatregelen vast met betrekking tot het manueel hanteren van lasten.

    Dit gebeurt aan de hand van voorbeelden van gevaren gerelateerd aan:

    • de last
    • de lichamelijke inspanning
    • de taak
    • de arbeidsplaats en de arbeidsomstandigheden

    Daarnaast worden de verplichtingen van de werkgever vermeld. De werkgever moet preventieve maatregelen nemen die in de eerste plaats gericht zijn op het vermijden van het risico door technische en organisatorische oplossingen. De risico’s moeten geëvalueerd en verminderd worden. De werknemers moeten geïnformeerd en opgeleid worden met het oog op het verminderen van de risico’s. Ook is er medisch toezicht voor werknemers die blootgesteld zijn aan risico’s.

    Meer informatie daarover en de reglementaire teksten vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk > Ergonomische belasting > Manueel hanteren van lasten.

    Titel 2 betreffende beeldschermen van boek VIII van de codex

    Deze regelgeving legt een hele reeks preventieve maatregelen of minimumvoorschriften vast.

    De werkgever moet:

    • een analyse van de beeldschermwerkposten verrichten;
    • passende maatregelen nemen voor aanpassingen van de werkplek, de werktafel en stoel, het beeldscherm en toetsenbord, de programmatuur, de werkomgeving in functie van het klimaat, de verlichting en de werkorganisatie;
    • opleiding voorzien voor beeldschermwerkers
    • medisch toezicht voorzien voor onder andere het gezichtsvermogen (nood aan correctiemiddel).

    Meer informatie daarover en de reglementaire teksten vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk > Ergonomische belasting > Beeldschermen.

    Titel 3 betreffende trillingen van boek V van de codex

    Deze wetgeving is zowel gericht op hand-arm trillingen (bijvoorbeeld door trillend handgereedschap) als op trillingen van het gehele lichaam (bijvoorbeeld in voertuigen). Men moet trillingen vermijden. Indien dat niet mogelijk is, moet men een risico-evaluatie maken waarbij men rekening houdt met de grenswaarden. Bij risico’s moet men technische en organisatorische maatregelen nemen. Blootgestelde medewerkers staan onder medisch toezicht.

    Meer informatie daarover en de reglementaire teksten vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk > Omgevingsfactoren en fysische agentia > Trillingen.

    Europese normen

    In verschillende Europese normen komen aspecten m.b.t. fysieke belasting aan bod. Enkele voorbeelden van dergelijke normen zijn: 
    De norm ISO 11228 ‘Ergonomics - Manual Handling’ geeft richtlijnen voor het manueel hanteren van lasten. Elk van de drie delen van de norm behandelt een specifiek aspect: 'tillen en dragen' (deel 1 - 2003), ‘duwen en trekken’ (deel 2 - 2007) en ‘hanteren van lichte lasten aan een hoge frequentie’ (deel 3 - 2007).
    Andere interessante normen zijn:

    • EN 547  Veiligheid van machines - menselijke lichaamsafmetingen
    • EN 614  Veiligheid van machines - ergonomische ontwerpprincipes
    • EN 894  Veiligheid van machines - ergonomische eisen voor het ontwerpen van informatie- en bedieningsmiddelen
    • EN 29241  Ergonomische eisen voor kantoorwerk met terminals met beeldschermen (Video Display Terminals)

    In de praktijk toetsen experten in de ergonomie de werksituaties aan deze normen. Toch vormen ze ook voor niet specialisten vaak een interessante bron van informatie met eenvoudige checklists. 

  • Parlementaire vragen

  • 21608 Kamer - Het maximum toegelaten gewicht dat door arbeiders mag worden getild