Elke werkgever moet in zijn onderneming of zijn instelling een interne dienst voor preventie en bescherming op het werk samenstellen met ten minste één preventieadviseur.

Deze preventieadviseur gaat hem bijstaan in het beleid inzake welzijn op het werk van de onderneming. De wetgeving heeft hem opdrachten toevertrouwd, zoals bijvoorbeeld het jaarverslag opstellen, frequente bezoeken brengen aan de arbeidsplaatsen, instaan voor het secretariaat van het Comité ...

Hiertoe moet de preventieadviseur beschikken over voldoende kennis van de wetgeving inzake welzijn op het werk alsook over de technische en wetenschappelijke kennis ter zake.

Het vereiste opleidingsniveau in arbeidsveiligheid van de preventieadviseur(s) gaat afhangen van de ondernemingscategorie waartoe de werkgever behoort.

In de ondernemingen van groep A (dit wil zeggen de ondernemingen van meer dan 1000 werknemers of de ondernemingen met hoog risico), moet de preventieadviseur diensthoofd een opleiding van niveau I hebben gevolgd. Dit betekent een basisopleiding van 120 uren gevolgd door een specialisatie van niveau I van 280 uren.

In de ondernemingen van de groep B (dit wil zeggen de ondernemingen van 200 tot 1000 werknemers en de risico-ondernemingen), moet de preventieadviseur een opleiding van niveau II hebben gevolgd. Het gaat om dezelfde basisopleiding van 120 uren, gevolgd door een specialisatie van 90 uren.

Voor de kleine ondernemingen van de groepen C en D volstaat basiskennis ter zake. Deze kennis wordt verworven wanneer men een opleiding van 40 u volgt, gewoonlijk opleiding van niveau III genoemd over de basiskennis van de preventieadviseurs. De lijst van de erkende opleidingen bevindt zich op de site van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg in de rubriek Erkenningen > Lijst van de instellingen die basiscursussen verstrekken voor de preventieadviseurs.

Alle preventieadviseurs hebben het recht en de plicht om een keer per jaar een bijscholing te volgen (waarvan de omvang moet worden besproken met de werkgever) om op de hoogte te blijven van de wijzigingen in de reglementering over het welzijn op het werk en van de wetenschappelijke en technische vooruitgang op dit gebied.

De FOD Werkgelegenheid, de organisatoren van aanvullende opleidingen, de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties, de organisaties die vertegenwoordigd zijn in de Hoge Raad voor preventie en bescherming op het werk en de paritaire comités en paritaire instellingen voor de opleiding van de werknemers en werkgevers mogen bijscholingen organiseren. Bovendien mogen bijscholingen worden georganiseerd door de organisaties die vermeld staan op de kalender van de evenementen welzijn op het werk.

Hoewel de wetgeving geen precieze quota oplegt, moet de interne dienst steeds zijn opdrachten op een volledige en efficiënte manier vervullen, wat betekent dat het aantal preventieadviseurs alsook de duur van hun prestaties moeten worden aangepast aan de noden van de onderneming. Het Comité voor preventie en bescherming op het werk moet worden betrokken bij deze beslissingen.

De preventieadviseur van de interne dienst moet deel uitmaken van het personeel van de werkgever. Hij vervult zijn opdrachten volledig onafhankelijk ten opzichte van de werkgever en de werknemers. Teneinde deze onafhankelijkheid te waarborgen bestaat een wet die hem beschermt tegen ontslag.

Niets belet de werkgever om een preventieadviseur-arbeidsarts in dienst te nemen en indien nodig een afdeling op te richten die instaat voor het medisch toezicht binnen de interne dienst. Tevens kan een preventieadviseur psychosociale aspecten eveneens deel uitmaken van de interne dienst.

  • Preventieadviseur - Regelgeving

    • Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk
    • Titel 1 van boek II van de codex over het welzijn op het werk
    • Titel 3 van boek II van de codex over het welzijn op het werk
    • Titel 4 van boek II van de codex over het welzijn op het werk

    Meer informatie hierover en de reglementaire teksten zijn beschikbaar op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk > Organisatiestructuren > De preventieadviseur.

  • Parlementaire vragen

  • 1032 Kamer - Tekort aan preventie-adviseurs voor ondernemingen

  • 717 Kamer - Statuut van de preventieadviseurs

  • 497 Kamer - Jaarverslagen IDPBW in het onderwijs

  • 496 Kamer - Agressie in het onderwijs - Registratieregisters

  • 811 Kamer - Concurrentie onder arbeidsgeneesheren

  • 486 Kamer - De rol van de preventieadviseur op de werkvloer

  • 273 Kamer - Geestelijke gezondheid en werk

  • 5-11141 Senaat - De functietoelage van de preventieadviseurs