De Europese werkende bevolking is divers, in termen van sociaal-demografische en fysieke kenmerken, waaronder leeftijd, genderidentiteit, nationale achtergrond, klasse, seksuele oriëntatie en lichamelijke en mentale beperkingen.

Volgens de Europese wetgeving moeten alle werknemers in gelijke mate worden beschermd tegen werkgerelateerde aandoeningen aan het bewegingsapparaat, ongeacht hun specifieke kenmerken of omstandigheden. Werkgevers zijn bovendien verplicht risicofactoren vast te stellen voor alle werknemers. Sommige groepen werknemers worden echter nog steeds meer blootgesteld aan risico’s dan andere. 

Tot die groepen werknemers behoren onder andere vrouwen, arbeidsmigranten en LHBTI-werknemers (lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transseksuelen en interseksuelen). Het is belangrijk om te beseffen dat verschillende vormen van ongelijkheid elkaar kunnen beïnvloeden en niet afzonderlijk naast elkaar bestaan. Het geheel aan persoonlijke kenmerken bepaalt immers de mate van discriminatie die een persoon kan ondervinden. Dit fenomeen heet intersectionaliteit: men kan tegelijkertijd vrouw, zwart én lesbisch zijn. Daarom moet men bij het beoordelen van risico’s en het ontwerpen van preventiemaatregelen rekening houden met de diversiteit van elke individuele werknemer en zijn/haar/hun specifieke behoeften.

Concrete informatie over dit aandachtspunt in de campagne “Gezond werk: verlicht de last!”: