Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) - Regelgeving

Titel 2 van boek IX van de codex over het welzijn op het werk regelt het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) en richt zich tot werkgevers, hiërarchische lijn en werknemers. Bijlage IX.2-2 is bijzonder belangrijk en preciseert waar het gebruik van PBM verplicht is.

Het is de omzetting in Belgisch recht van de Europese Richtlijn 89/656/EEG.

Meer informatie daarover en de reglementaire tekst staan op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema's > Welzijn op het werk > Collectieve bescherming en individuele uitrusting > Persoonlijke beschermingsmiddelen.

Het KB van 31 december 1992 betreffende het op de markt brengen van persoonlijke beschermingsmiddelen richt zich tot de producenten van PBM.

Dat KB bepaalt dat PBM moeten voldoen aan fundamentele veiligheids- en gezondheidsvoorschriften en dat ze moeten vergezeld zijn van een nota die de gevaren omschrijft waartegen het PBM beschermt. Bovendien moet de nota gebruiks- en onderhoudsinstructies omvatten. PBM die aan dit besluit voldoen, dragen het CE-label.

Dat KB werd in het Belgisch Staatsblad op 4 februari 1993 gepubliceerd en is de omzetting in Belgisch recht van de Europese Richtlijn 89/686/EEG.

Op 31 maart 2016 werd de verordening 2016/425/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen en tot intrekking van Richtlijn 89/686/EEG van de Raad gepubliceerd. Deze wordt van toepassing op 21 maart 2018.

Meer informatie daarover en de reglementaire tekst staan op de website van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie onder de rubriek Ondernemingen & Zelfstandigen > Veiligheid van goederen en diensten > Veiligheid van persoonlijke beschermingsmiddelen.