Bescherming tegen hormoonontregelaars vormt een onderdeel van het welzijnsbeleid, met als actoren:

  • de werkgever, die verantwoordelijk is voor het voeren van een welzijnsbeleid in zijn onderneming;
     
  • de leden van de hiërarchische lijn, die meewerken aan de uitvoering van het welzijnsbeleid en hierover voorstellen kunnen formuleren;
     
  • de werknemers, die meewerken aan de implementatie van het welzijnsbeleid, maar die ook vanuit hun ervaring op de werkvloer voorstellen kunnen formuleren voor het verbeteren van dat beleid.
    Werknemers moeten geïnformeerd worden over de gevaarlijke stoffen op de arbeidsplaats en opleiding krijgen over passende voorzorgsmaatregelen en maatregelen om zichzelf en hun collega’s te beschermen, en over noodmaatregelen. Dit aan de hand van onder meer werkpostfiches, veiligheidsinformatiebladen, …. Indien een werknemer vermoedt dat deze informatie ontbreekt of ontoereikend is, of dat de bestaande voorzorgsmaatregelen ontoereikend zijn of verbeterd kunnen worden, kan hij/zij dit aankaarten bij de hiërarchische lijn, het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk, de preventieadviseur arbeidshygiëne, of de preventieadviseur-arbeidsarts;
     
  • de interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, waarvan de preventieadviseurs bijstand verlenen en alle betrokken partijen adviseren. In het geval van hormoonontregelaars spelen de preventieadviseur-arbeidsarts en de preventieadviseur arbeidshygiëne een belangrijke rol bij de risicoanalyse en de bepaling van de preventiemaatregelen;
     
  • het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) van het bedrijf, dat actief deelneemt aan de ontwikkeling en de uitvoering van het preventiebeleid, inclusief het uitbrengen van voorafgaande adviezen, het geven van voorafgaande akkoorden, en het uitwerken van voorstellen. Het CPBW heeft recht op informatie en opleiding: om haar taken met kennis van zaken te kunnen uitvoeren moet het over alle nodige gegevens beschikken, waaronder de lijst en de locatie van de in de onderneming gebruikte gevaarlijke stoffen en blootstellingsgegevens. Wanneer er in de onderneming geen Comité is opgericht, neemt de vakbondsafvaardiging de opdrachten van het Comité waar. In de ondernemingen waar noch een Comité, noch een vakbondsafvaardiging bestaat, nemen de werknemers zelf rechtstreeks deel aan de behandeling van vraagstukken die betrekking hebben op het welzijn van de werknemers.
  • Hormoonverstoorders - Publicaties

    De risicoanalyse (FOD Werkgelegenheid – België – 2021)

    Deze brochure behandelt het concept risicoanalyse en de wijze waarop dit concept kan gehanteerd worden om preventiemaatregelen vast te stellen op het vlak van veiligheid en gezondheid op het werk.

    De wetgeving over het welzijn op het werk legt deze aanpak op, met als voornaamste betrachting het behalen van de doelstellingen van een veilig en gezond werk. Na een omschrijving van het begrip dynamisch risicobeheersingssysteem gaat de brochure dieper in op de uitvoering van de risicoanalyse. Bij een dergelijke analyse kunnen verschillende methoden worden aangewend voor de opsporing van gevaren, de bepaling van risicofactoren en de evaluatie van risico's.

    Deze brochure is beschikbaar op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de module Publicaties > Risicoanalyse (De).

  • Hormoonverstoorders - Externe documentatie

    Studiedag “Hormoonverstoorders: de gevolgen van blootstelling voor werknemers en hun nageslacht” (FOD Werkgelegenheid/FOD Volksgezondheid – België – 2022)

    Tijdens deze studiedag gingen enkele experts dieper in op de mogelijke gezondheidseffecten van hormoonverstoorders, zowel voor werknemers als voor hun nageslacht. Daarnaast werden enkele toxicologische karakteristieken van hormoonverstoorders besproken en de mogelijke risico’s van blootstelling op de werkplaats. Tenslotte kwamen enkele concrete voorbeelden uit verschillende sectoren die ervaring hebben met het omgaan met hormoonverstoorders aan bod.

    Presentaties op de studiedag

    Endocrine disruptors: an occupational risk in need of recognition (ETUI – 2016)

    Deze gids van het Europees Vakbondsinstituut (ETUI) richt zich op werknemersvertegenwoordigers (in het bijzonder gekozen vertegenwoordigers van gezondheids-, veiligheids- en hygiënecomités) die mogelijk worden blootgesteld aan hormoonverstoorders op de werkplek. Het tracht een inventaris op te stellen van de wetenschappelijke kennis over de gevolgen voor de gezondheid van de blootstelling van werknemers aan chemische stoffen die gevolgen hebben voor het endocriene systeem.

    De publicatie is bedoeld om vakbondsfunctionarissen en politieke besluitvormers bewust te maken van de risico’s van hormoonverstoorders en vestigt de aandacht op de tekortkomingen van de Europese wetgeving op het gebied van het voorkomen van dit soort risico's op de werkplek.

    De publicatie is beschikbaar in het Engels en het Frans op de website van het ETUI:

  • Hormoonontregelaars - Regelgeving

    Codex welzijn op het werk: Boek VI (Titel 1 & 2), Boek X (Titel 3 & 5)

    Hormoonontregelaars zijn stoffen die risico’s voor de gezondheid van de werknemers kunnen opleveren. Bijgevolg zijn de bepalingen van de Titel 1 (betreffende chemische agentia) van boek VI van de Codex over het welzijn op het werk (o.a. risicoanalyse uitvoeren, preventiemaatregelen nemen, informatie en opleiding verschaffen) steeds van toepassing.

    Indien de hormoonontregelende stof eveneens als kankerverwekkend, mutageen of reprotoxisch of hormoonontregelend is ingedeeld, is Titel 2 (betreffende kankerverwekkende, mutagene en reprotoxische agentia en agentia met hormoonontregelende eigenschappen) van boek VI van de Codex over het welzijn op het werk eveneens van toepassing.

    Door het koninklijk besluit van 2 juli 2023 tot vaststelling van maatregelen ter bescherming van werknemers tegen agentia met hormoonontregelende eigenschappen werden hormoonontregelaars opgenomen in de bepalingen inzake kankerverwekkende, mutagene en reprotoxische agentia van de codex over het welzijn op het werk (titel 2 van boek VI). Op die manier kunnen werknemers die aan deze stoffen kunnen worden blootgesteld, evenveel bescherming genieten als wanneer zij bijvoorbeeld aan kankerverwekkende stoffen worden blootgesteld.

    Via verwijzing naar de Europese regelgeving inzake de indeling, etikettering en verpakking van chemische stoffen (CLP) zullen stoffen die voldoen aan de criteria voor hormoonontregelaars met gevolgen voor de menselijke gezondheid kunnen worden ingedeeld als hormoonontregelaar onder de Belgische welzijnswetgeving. Het gaat met name over criteria van volgende categorieën:

    • gevarencategorie 1 (bekende of veronderstelde hormoonontregelaars met gevolgen voor de menselijke gezondheid);

    OF

    • gevarencategorie 2 (vermoedelijke hormoonontregelaars met gevolgen voor de menselijke gezondheid).

    Daarbovenop zijn er meer dan dertig stoffen toegevoegd aan dezelfde bepalingen van de codex over het welzijn op het werk in de vorm van een lijst. Deze stoffen worden daardoor nu al onder de Belgische welzijnswetgeving als hormoonontregelaar beschouwd, waardoor werknemers beter beschermd moeten worden tegen de blootstelling aan deze stoffen.

    Daarnaast zijn jongeren bijzonder kwetsbaar voor hormoonontregelaars omdat hun ontwikkeling nog niet is voltooid. Ook zwangere werkneemsters en werkneemsters die borstvoeding geven, dienen beschermd te worden tegen de risico’s van hormoonontregelaars voor de zwangerschap, de lactatie en de gezondheid van hun kind. Bijgevolg zijn de Titels 3 en 5 van boek X van de Codex over het welzijn op het werk eveneens op deze stoffen van toepassing.

    Meer informatie over de codex op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, in de rubriek Thema’s > Welzijn op het werk > Algemene beginselen > Codex over het welzijn op het werk.

    Volgende boeken en titels van de codex zijn van toepassing:

    REACH (Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemische stoffen)

    De Europese REACH verordening legt de industrie verplichtingen op om chemische stoffen te registreren, het veilig gebruik ervan te beoordelen, in bepaalde gevallen te laten vergunnen en in bepaalde gevallen het gebruik te beperken.

    Deze Europese verordening verbiedt reeds het gebruik van bepaalde hormoonverstoorders of beperkt het gebruik van die stoffen tot bepaalde toepassingen, waaraan soms ook nog specifieke voorwaarden worden gekoppeld. Bepaalde hormoonverstoorders werden al opgenomen in bijlage XIV en XVII van de REACH verordening.

  • Parlementaire vragen

  • 1017 Kamer - Solvay - Verontreiniging door perfluorverbindingen en risico's voor de werknemers

  • 55024300C Kamer - De PFOS-problematiek en de inspectie op het werk

  • 534 Kamer - Invloed van hormoonverstoorders op werknemers

  • Hormoonverstoorders - Sensibiliseringsmateriaal

    Poster “hormoonverstoorders op het werk” (FOD Werkgelegenheid – België – 2022)

    Deze poster is gericht op werknemers, werkgevers, preventieadviseurs, leden van het Comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW) en andere belanghebbenden. Via de QR-code of de link op de poster komt men terecht op het thema over hormoonverstoorders op deze BeSWIC website.

    De poster, die op de werkplek kan uitgehangen worden, schetst een beknopt beeld van de kenmerken en risico’s van hormoonverstoorders in de werkcontext. Er wordt een overzicht gegeven van enkele sectoren waar blootstelling op de werkvloer kan voorkomen en uitgelegd hoe men werknemers kan beschermen volgens het “STOP-principe”.

    De poster is beschikbaar via volgende link en mag vrij verspreid worden: Poster “hormoonverstoorders op het werk” (PDF, 198 KB).