- 68. Is het niet verkieslijk dat de Déparis-gids wordt aangepast door een PA – van de EDPB in de KMO’s - ? Waarop moeten de aanpassingen betrekking hebben ?
- 69. Kan de coördinator tijdens de vergadering tijd winnen door, als te bespreken punten, datgene over te houden wat hij van de arbeidssituatie heeft waargenomen tijdens zijn bezoeken ?
68. Is het niet verkieslijk dat de Déparis-gids wordt aangepast door een PA – van de EDPB in de KMO’s - ? Waarop moeten de aanpassingen betrekking hebben ?
De aanpassing gebeurt over het algemeen in twee fasen (sectie 8.8 van het SOBANE-document).
Een eerste aanpassing, voornamelijk in verband met de woordenschat, gebeurt door de PA die, uiteraard, eerst de versie van de gids zal hebben geselecteerd die het best met de betrokken industriesector overeenstemt (zie op BeSWIC, de zogenaamde dochtergidsen).
De tweede aanpassing gebeurt door de toekomstige coördinator van de Déparis-vergadering: deze betreft de inhoud: te bewaren, toe te voegen, te schrappen items in de verschillende rubrieken. Tijdens deze aanpassing maakt de coördinator zich de methode volledig eigen.
Zoals in de hoofdtekst onderstreept, is deze aanpassingsfase kritiek en moet er vooral op gelet worden dat de gids niet wordt omzeild door a priori aspecten die een probleem zouden kunnen stellen, te elimineren.
Uit ervaring blijkt dat deze aanpassing snel gebeurt vanuit de beschikbare “dochtergidsen” en dat ze essentieel is, niet alleen voor de wijzigingen van de inhoud waartoe deze leidt, maar ook voor de intieme kennis die de coördinator ervan verwerft.
69. Kan de coördinator tijdens de vergadering tijd winnen door, als te bespreken punten, datgene over te houden wat hij van de arbeidssituatie heeft waargenomen tijdens zijn bezoeken ?
Sommige coördinatoren, en zelfs PA’s, denken dat ze de risico’s beter kennen dan de werknemers. In de eerste Déparis-vergadering zal snel worden aangetoond dat dat niet altijd zo is en dat die werkwijze de vergadering volledig zou omzeilen en het proces vervalsen. De meest karikaturale verleiding is het niet te hebben over de psychosociale aspecten van de laatste 5 tabellen want “alles gaat goed”, “deze problemen zijn individueel” en “men kan er toch niets aan doen” (zie vragen 21, 22 en 23).
De gids moet als dusdanig, in zijn totaliteit, worden overgenomen, zo niet bestaat het risico dat de geest en de letter van de SOBANE-strategie worden vervalst. Het gaat om een ethisch probleem en het succes van het participatieve proces is ervan afhankelijk.